Naarmate meer biomassa wordt gestookt om energie op te wekken, wordt het steeds moeilijker om aan voldoende houtresten te komen. Het aanbod van geschikt resthout uit Europese landen groeit niet mee met de vraag en daardoor ontstaan problemen, stelt Milieudefensie op basis van onderzoek. De organisatie vreest dat de groeiende vraag ertoe zal leiden dat bij gebrek aan afvalhout bomen worden gekapt voor biomassa.
De centrales die in Nederland biomassa verstoken, draaien nu voor driekwart op grondstoffen uit eigen land. Een kwart wordt geïmporteerd. Het gaat bijvoorbeeld om snoeiafval en resten van de meubelindustrie. Het gebruik is sinds 2013 met 10 procent toegenomen.
Ook in de rest van Europa wint biomassa aan populariteit. Overheden beschouwen het als duurzame bron. Bij het verstoken van hout komt weliswaar CO2 vrij, maar bij leven neemt een boom het broeikasgas juist op. Zolang meer bomen worden geplant dan er worden verbrand, is er geen extra CO2-uitstoot.
Het probleem is volgens Milieudefensie dat op termijn niet genoeg afvalhout voorhanden is. Exportlanden als de Baltische staten hebben het zelf nodig. En importeren uit de Verenigde Staten vindt de organisatie onwenselijk, omdat dan niet gegarandeerd wordt dat het duurzaam is geproduceerd.